Optimaal kind zijn
In de generieke module ‘Zorg voor ouders met psychische en/of verslavingsproblematiek en hun (volwassen) kinderen (KOPP/KOV)’ staat dat vanuit het intergenerationeel perspectief iedereen er baat bij heeft als het kind optimaal kind kan zijn en de ouder(s) de zorg krijgen die zij nodig hebben om optimaal ouder te kunnen zijn. We vragen aan Petra Havinga waarom dit zo belangrijk is en hoe je dat dan doet.
Petra is momenteel werkzaam bij de Hanzehogeschool als docent-onderzoeker* en gepromoveerd bij het Universitair Centrum Psychiatrie van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Haar proefschrift richt zich op de intergenerationele overdracht van depressieve stoornissen/angststoornissen en de mogelijkheden deze te doorbreken.
Waarom is het van belang aandacht te hebben voor het welzijn van de kinderen binnen de volwassenen-ggz?
Havinga: “Psychische stoornissen kunnen zeer ingrijpend zijn, voor zowel de patiënt zelf, maar ook voor de kinderen binnen het gezin. Wanneer een ouder psychische problemen heeft, heeft dit vaak ook invloed op het leven van het kind. Mijn proefschrift richt zich op kinderen van ouders die behandeld zijn binnen de geestelijke gezondheidszorg voor een depressieve en/of angststoornis. We zagen dat het eerder regel dan uitzondering is dat kinderen vergelijkbare problemen ontwikkelen als hun ouder(s). Een geïntensiveerde aanpak gericht op preventie en steun aan deze kinderen en gezinnen kan helpen om (toekomstige) problemen te verminderen of te voorkomen.”
De ouder ondersteunen om optimaal ouder te zijn: waarom is dit van belang?
“In mijn onderzoek kwam naar voren dat een goed functionerende gezinsomgeving het risico op het ontwikkelen van problemen bij de kinderen juist kan verminderen. Eerdere onderzoeken laten zien dat naast genetische invloeden, de opvoedomgeving een rol speelt bij de overdracht van depressie en angst van ouders op kinderen. Deze bevindingen ondersteunen het belang van het versterken van het gezinsfunctioneren als onderdeel van preventieve of behandelinterventies voor deze kinderen. Ook maken onze bevindingen duidelijk dat er in de klinische praktijk rekening gehouden moet worden met de geestelijke gezondheid van beide ouders. Zowel psychische problemen bij de moeder als bij de vader dragen bij aan het risico op het ontwikkelen van klachten bij het kind en het effect is groter als beide ouders problemen hebben. Aandacht voor hoe het gaat met de andere ouder en ondersteuning van diens ouderrol is dus ook belangrijk. Ongeveer de helft van de ouders met een psychische aandoening geeft zelf ook aan (onderzoek van Peter van der Ende) dat ze graag ondersteund willen worden in de omgang met hun kinderen. Aandacht voor ouderschap lijkt ook actief bij te dragen aan het herstelproces van de ouder.”
Een goed gezinsfunctioneren is een belangrijke beschermende factor. Wat kan je als professional doen om hieraan bij te dragen?
“Door binnen de volwassen ggz te vragen naar ouderschap. Via deze vraag komen de kinderen automatisch in beeld. Eenmaal in beeld kunnen ggz-medewerkers aan ouders vragen hoe het gaat met de kinderen. Ze kunnen het ouderschap bespreekbaar maken en hen informeren over de mogelijkheden van ouderschapsondersteuning, preventie en behandeling. Op deze manier weten ouders de weg te vinden wanneer ze behoefte hebben aan ondersteuning of wanneer er zich bij hun kinderen klachten voordoen.” Je kunt bijvoorbeeld de ouder helpen in gesprek te gaan met kinderen over wat er met hen aan de hand is vertelt Petra. “Het kan best lastig zijn voor ouders om hierover met hun kinderen in gesprek te gaan. Professionals die werken met ouders met een psychische stoornis kunnen hierbij ondersteunen. Zij kunnen ouders bijvoorbeeld handvatten geven hoe ze met de kinderen in gesprek kunnen gaan over de situatie thuis of samen een gesprek voorbereiden.”
Aandacht voor kinderen en ouderschap zou een standaard onderdeel moeten zijn van de dagelijkse behandelpraktijk binnen de geestelijke gezondheidszorg, adviseert Havinga. “We zien dat ouders met psychische problemen terughoudend kunnen zijn in het vragen van ondersteuning bij de opvoeding en hulp voor hun kind. Schaamte, angst voor stigma of voor verlies van ouderlijk gezag kunnen dit veroorzaken. Actief aandacht hebben voor en het normaliseren van deze thema’s kan helpen om stigma en schaamte bij de ouder verminderen.”
De generieke module is niet dé oplossing, maar biedt handvatten om de grotere context te verbeteren. Wat is jouw belangrijkste oproep aan professionals?
“Ik wil professionals oproepen om aandacht voor ouderschap en het welzijn van de kinderen te integreren in hun dagelijkse behandelpraktijk. Niet alleen tijdens de intake, maar gedurende de hele behandeling. Vaardigheden in het bespreken van deze onderwerpen zijn hierbij essentieel.”
* Werkzaam bij de opleiding Social Work van de Hanzehogeschool Groningen en verbonden aan het Lectoraat Maatschappelijke participatie van mensen met psychische beperkingen en het Lectoraat Rehabilitatie
Wat vind jij van de generieke module KOPP/KOV?
Heb je als professional een vraag, opmerking of aanvulling op de generieke module Zorg voor ouders met psychische en/of verslavingsproblematiek en hun (volwassen) kinderen (KOPP/KOV)? Laat het ons weten!